Wat zijn E-nummers en worden die ook in bio gebruikt?
| On aug27,2019
Heel wat mensen maken zich zorgen over bepaalde additieven aan voedingsproducten met een E-nummer. Het liefst van al zou je willen dat er geen E-nummers meer op je pot jam of je tonijnsla stonden. Maar wat is dat nu eigenlijk, een E-nummer? En – belangrijke vraag – worden ze ook gebruikt in biologische producten?
Wat is een E-nummer?
E-nummers, dat klinkt heel ‘chemisch’ maar dat is het niet altijd! De E in E-nummers staat voor ‘Europees’ en het betekent dat deze nummers getest zijn op veiligheid en gebruikt mogen worden in de Europese Unie. E-nummers zijn eigenlijk codes voor stoffen die aan voedingsmiddelen worden toegevoegd om hun eigenschappen te verbeteren of te veranderen. Zo zijn er bijvoorbeeld kleurstoffen, smaakversterkers en conserveermiddelen. Van zichzelf hebben E-nummers geen voedingswaarde.
Soms hebben deze stoffen een natuurlijke basis, vaak worden ze kunstmatig gemaakt. Ook heel wat ‘gewone’ stoffen hebben een E-nummer, bijvoorbeeld:
- E100 = kurkuma
- E150 = karamel
- E260 = azijnzuur
- E300 = vitamine C
Is een E-nummer wel veilig?
Een stof krijgt niet zomaar een E-nummer. De Europese autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) controleert de stof grondig voordat het nummer wordt toegekend. Het belangrijkste criterium is dat het additief geen schade kan toebrengen aan de gezondheid. Het E-nummer is dus een garantie dat de stof veilig is verklaard in de EU.
Zijn alle E-nummers kunstmatige additieven?
Nee, E-nummers kun je op verschillende manieren maken. Ze kunnen van natuurlijke oorsprong zijn of kunstmatig of synthetisch worden geproduceerd. Soms worden ze uit planten, struiken en bomen gehaald, zoals bepaalde kleurstoffen. Andere E-nummers komen van nature voor in planten en dieren, maar worden kunstmatig nagemaakt omdat dat goedkoper is.
Zowel kunstmatige als natuurlijke additieven zijn veilig want beide moeten aan dezelfde veiligheidseisen voldoen.
Worden E-nummers ook gebruikt in biologische producten?
In heel wat levensmiddelen zijn additieven onmisbaar, denk maar aan conserveermiddelen, verdikkingsmiddelen of voedingszuren. Bij de productie van biologische levensmiddelen is het dus toegestaan om additieven te gebruiken, zij het een zeer beperkt aantal, nl. 51 (ter vergelijking: de lijst voor niet-biologische verwerking bevat honderden E-nummers).
Er worden geen chemische kleur-, geur-, en smaakstoffen gebruikt en alleen technologisch onmisbare E-nummers van natuurlijke oorsprong zijn toegestaan. Voor elk toegelaten additief bepaalt de wetgever de strikte voorwaarden voor gebruik in bio: in welk product en in welke hoeveelheid.
Het beperkte aantal toegelaten additieven past naadloos in de filosofie van bio: de biosector wil zo natuurlijk mogelijk werken en wil de kwaliteit van de grondstoffen zoveel mogelijk in pure vorm behouden.
Interessante weetjes:
- Zijn producten zonder E-nummers gezonder? Niet noodzakelijk. Additieven worden grondig onderzocht voor ze een E-nummer krijgen en mogen geen schade toebrengen aan de gezondheid. Ze zijn dus in principe veilig.
- Als er E-nummers in een product zijn gebruikt, dan moet de naam van de stof of het E-nummer op het etiket vermeld staan.
- Geur- en smaakstoffen hebben geen E-nummer omdat zij niet als additieven worden beschouwd, maar wel als aroma’s.
- De EU heeft de strengste toelatingsnormen voor additieven van alle geïndustrialiseerde landen.
Meer lezen over E-nummers? Lees dan deze brochure van Het Voedingscentrum.
Nieuwsgierig naar de betekenis van E-nummers?
Bron: allesoverbio.be